2 Samuel 19:9

SVEn al het volk, in alle stammen van Israel, was onder zich twistende, zeggende: De koning heeft ons gered van de hand onzer vijanden en hij heeft ons bevrijd van de hand der Filistijnen, en nu is hij uit het land gevlucht voor Absalom;
WLCוַיְהִ֤י כָל־הָעָם֙ נָדֹ֔ון בְּכָל־שִׁבְטֵ֥י יִשְׂרָאֵ֖ל לֵאמֹ֑ר הַמֶּ֜לֶךְ הִצִּילָ֣נוּ ׀ מִכַּ֣ף אֹיְבֵ֗ינוּ וְה֤וּא מִלְּטָ֙נוּ֙ מִכַּ֣ף פְּלִשְׁתִּ֔ים וְעַתָּ֛ה בָּרַ֥ח מִן־הָאָ֖רֶץ מֵעַ֥ל אַבְשָׁלֹֽום׃
Trans.19:10 wayəhî ḵāl-hā‘ām nāḏwōn bəḵāl-šiḇəṭê yiśərā’ēl lē’mōr hammeleḵə hiṣṣîlānû| mikaf ’ōyəḇênû wəhû’ milləṭānû mikaf pəlišətîm wə‘atâ bāraḥ min-hā’āreṣ mē‘al ’aḇəšālwōm:

Algemeen

Zie ook: Absalom, Filistijnen, Hand (lichaamsdeel)

Aantekeningen

En al het volk, in alle stammen van Israël, was onder zich twistende, zeggende: De koning heeft ons gered van de hand onzer vijanden en hij heeft ons bevrijd van de hand der Filistijnen, en nu is hij uit het land gevlucht voor Absalom;


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְהִ֤י

was

כָל־

En al

הָ

-

עָם֙

het volk

נָד֔וֹן

onder zich twistende

בְּ

-

כָל־

in alle

שִׁבְטֵ֥י

stammen

יִשְׂרָאֵ֖ל

van Israël

לֵ

-

אמֹ֑ר

zeggende

הַ

-

מֶּ֜לֶךְ

De koning

הִצִּילָ֣נוּ׀

heeft ons gered

מִ

-

כַּ֣ף

de hand

אֹיְבֵ֗ינוּ

onzer vijanden

וְ

-

ה֤וּא

en hij

מִלְּטָ֙נוּ֙

heeft ons bevrijd

מִ

-

כַּ֣ף

de hand

פְּלִשְׁתִּ֔ים

der Filistijnen

וְ

-

עַתָּ֛ה

en nu

בָּרַ֥ח

gevlucht

מִן־

van

הָ

-

אָ֖רֶץ

het land

מֵ

-

עַ֥ל

-

אַבְשָׁלֽוֹם

Absalom


En al het volk, in alle stammen van Israël, was onder zich twistende, zeggende: De koning heeft ons gered van de hand onzer vijanden en hij heeft ons bevrijd van de hand der Filistijnen, en nu is hij uit het land gevlucht voor Absalom;

________

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!